Fractievoorzitter Jenny Vermeer, CDA Westland

Fractievoorzitter van CDA Westland is de ’s-Gravenzandse Jenny Vermeer. Vermeer ziet verbeterpunten in Westland, echter ze wil benadrukken dat ze positief is over haar leefomgeving; “Ik wil niet meegaan in de negativiteit van sommigen, het is gewoon goed toeven in Westland. We hebben hier mooie centra, goed onderhouden wijken, ruime bedrijfsterreinen, alles ziet er netjes uit. Natuurlijk moeten we niet stil zitten, er kan altijd iets worden verbeterd. Daarvoor moet het bedrijfsleven niet alleen maar de overheid aankijken. Als de infrastructuur wordt aangepakt, wordt een deel van de rekening bij de bedrijven gelegd. Het gaat nu goed, maar als we dit willen behouden, moeten gezamenlijk de schouders eronder.”

Zelfredzaamheid

Vermeer vervolgt: “Je ziet ook dat ondernemers zelfredzaam zijn, ze willen samenwerken en elkaar wat gunnen. Dat zie je bij verschillende Verenigingen van Eigenaren op bedrijfsterreinen en de BIZ’en in de kernen. In ’s-Gravenzande zie je bijvoorbeeld een BIZ die echt alles op orde heeft; er hangt dezelfde versiering in het winkelcentrum, er is een zelfde uitstraling, de feestweek loopt prima, er is goed overleg etc. Ondernemers willen ook niet afhankelijk zijn van de overheid, ze willen zelf iets bereiken.”

Kustvisie

Een dossier dat minder goed loopt, ziet Vermeer in de kustvisie: “De strandpaviljoens moeten een keer weten waar ze aan toe zijn… Dit heeft nu al zo lang geduurd, ondernemers hebben al veel geduld gehad. Wat CDA Westland betreft wordt er een voorstel gemaakt voor jaarrondbebouwing aan de randen, bijvoorbeeld het Monsterse Molenslag of Beukel en Vlugtenburg in ’s-Gravenzande. De andere stranden mogen Pietje Bell-stranden zijn, zonder veel toeters en bellen.”

Elk dorp een eigen karakter

Tenslotte breekt Vermeer een lans voor het diversifiëren van het aanbod in de diverse winkelcentra: “Is het houdbaar dat elk dorp een zelfde aanbod heeft? Nu al wordt er onderscheid gemaakt tussen zogenaamde boodschappendorpen en winkeldorpen. Misschien moeten we dat verder doortrekken; bijvoorbeeld Monster/Ter Heijde zou dan een surfdorp aan de kust kunnen worden. Kleinschalige recreatie, een camping, misschien wel tiny houses erbij. Vooral is van belang hoe we elk dorp in de markt zetten. Dat is een samenwerking tussen gemeente, vastgoedeigenaren en ondernemers.”